Geschiedenis

Snowboarden ontstond uit de wens om over sneeuw te kunnen glijden, net als op een surfboard over water of een skateboard over asfalt.Het is nu moeilijk voor te stellen dat de eerste snowboarders niet toegelaten werden in skiliften en aangewezen waren op omhoog lopen en klimmen –in diepe sneeuw- voor de kick van die ene afdaling. Door de buitenwereld werden zij gezien als zonderlingen. Boards van toen hadden geen bindingen met high backs, geen staalkanten en geen taillering of voorspanning waardoor ze nauwelijks te besturen waren. De eerste snowboards waren alleen geschikt voor diepe sneeuw. De pioniers van het snowboarden waren fanatieke surfers en/of skaters die de sensatie van het glijden en zweven ook op de sneeuw wilden meemaken.1963-1977Tom Sims was de eerste die voor een schoolproject een snowboard in elkaar knutselde. Hij stond toen het liefst elke dag op zijn skateboard, maar ondervond natuurlijk moeilijkheden op de dagen dat de stoep bedekt was met een laag sneeuw en ijs. Zijn “Ski-Board”creatie in ’63 was een manier om ’s winters te kunnen skaten.Snow + Surfer = SnurferEen paar jaar later, in 1965, schroefde Sherman Poppin twee ski’tjes aan elkaar vast voor zijn dochter Wendy en werd de snurfer geboren. Met de snurfer kon je rechtdoor glijden. Bochten maken, springen en zelfs remmen waren erg moeilijk. Een snurfer was niets meer dan een houten plankje met een touw aan de voorkant waarmee je kon voorkomen dat het ding in de sneeuw zou duiken. Op de bovenkant werden pads gemonteerd die weinig houvast boden en niet verhinderden dat je eraf kon vallen. De Snurfer wordt gezien als de voorloper van de snowboard zoals wij die nu kennen, een inspiratiebron voor de eerste snowboardpioniers. Voor rond de 15 dollar werden in de jaren die volgden meer dan 100.000 snurfers verkocht, waardoor een groot publiek kennis kon maken met in een zijwaartse houding glijden over de besneeuwde hellingen.In 1968 werd de eerste snurfer webstrijd gehouden in Michigan. Deelnemers namen een aanloop en sprongen op hun board om meer snelheid te maken, net als op een skimboard. Het parcours liep recht naar beneden. De meeste deelnemers crashten na de finish om tot stilstand te komenDimitrije Milovitch had geïnspireerd door surfen, ervaring opgedaan met glijden op dienbladen. In 1971 ontwierp hij een snowboard gebaseerd op (de destijds) moderne surfboard modellen. Met 1 verschil: zijn eerste prototypes hadden metalen kanten. Aangezien Dimitrije snowboardde in de powder van Utah waren staalkanten overbodig, dus haalde hij ze uit het ontwerp. Inmiddels probeerde Bob Webber een patent te krijgen op zijn eigen board ontwerp, een snowboard met bindingen. In 1972 werd dit patent aan hem verleend waardoor Bob de mogelijkheid kreeg om aan elke snowboardproducent een aandeel van de verdiensten te eisen. Dit heeft hij –gelukkig- nooit gedaan.In 1975 begon Dimitrije Milovitch met de productie van Winterstick Snowboards in Utah. Winterstick Snowboards kreeg aandacht van de media waardoor snowboarden (en niet snurfen) voor het eerst in de publiciteit kwam.In 1977 verhuisde Jake Burton Carpenter, een fanatieke snurfer en bodyboarder, naar Stratton Mountain in Vermont waar hij snowboard prototypes begon te ontwerpen nadat hij al jaren met het snurfer ontwerp geëxperimenteerd had. Voor zijn prototypes gebruikte hij allerlei materialen om tenslotte te kiezen voor een opbouw uit gelamineerd hout. Op het board werd een verstelbare voorste binding gemonteerd en aan de onderkant zat een vin. Samen met Tom Sims ontwierp Bob Webber het eerste Sims ski-board met de naam “incredible flying banana”. Op het board werd een skatedeck gemonteerd waaraan bindingen of straps vastgemaakt konden worden.Tot 1977 werden snowboarders in alle skiliften en op alle pistes geweigerd omdat de liftmaatschappijen zeiden dat snowboarden niet viel onder de normale aansprakelijkheidsverzekeringen voor skiën. Milovitch ontving in ’77 schriftelijke bevestiging dat snowboarden gedekt was volgens de voorwaarden van de grootste verzekeraar van Amerikaanse skigebieden. Het bleek dat het toelaten van snowboarders tegengehouden was door de beheerders van skigebieden, wat veel snowboarders in die tijd al vermoedden. Zonder deze toelating was de sport nooit toegankelijk geworden voor snowboarders buiten de kleine fanatieke groep backcountry riders. Daarom is dit de belangrijkste ontwikkeling die de snowboardsport heeft meegemaakt. Na 1977 zat het snowboarden letterlijk en figuurlijk in de lift.1978-1987In de jaren die volgden kwam de productie van snowboards op gang. Bob Webber, Chuck Barfoot en Tom Sims werkten samen aan boards in Utah, in Vermont bouwde Jake Burton Carpenter verder aan zijn Burton prototypes. In 1979 werd er speciaal voor hem een open divisie gecreëerd tijdens de jaarlijks terugkerende snurfer wedstrijd, omdat zijn model teveel afweek van de snurfer. Gesponsorde snurfer Paul Graves vermaakte het publiek met een freestyle demo. Hij maakte op zijn snurfer 360 slides en zelfs een frontflip. De eerste snowboardhalfpipe in Lake Tahoe werd ontdekt en een aantal bladen besteedden aandacht aan het fenomeen snowboarden. In 1980 gebruikten zowel Burton als Winterstick P-tex belag: de eerste toepassing van een ski-constructie-wijze in snowboard productie.Chuck Barfoot zette zijn eigen bedrijf op en beëindigde de samenwerking met Tom Sims. In 1982 organiseerde Paul Graves de eerste nationale kampioenschappen snowboarden in Vermont. Dit was de laatste wedstrijd waarin snurfers en snowboarders tegelijk uitkwamen. De wedstrijd werd bezocht door fanatiekelingen uit het hele land en bood een downhill en een slalom. Tom Sims won de downhill. De eerste overall winnaar was Burton teamrider Doug Bouton. Jake Burton Carpenter organiseerde de nationale kampioenschappen in ’83. Tom Sims deed mee en ging vervolgens naar huis om de wereldkampioenschappen te houden, de eerste wedstrijd met het onderdeel halfpipe.De concurrentie van Sims en Burton beperkte zich niet tot de wedstrijden, maar zette zich voort in de werkkamers. Deze concurrentie heeft mede gezorgd voor grote gedrevenheid in het ontwikkelen van nieuwe prototypes en het experimenteren met nieuwe materialen en vormen. Snowboards begonnen te veranderen. Nu snowboarders op de pistes terecht konden, werd eindelijk ingezien dat zwaluwstaarten en vinnen overbodig waren. Jeff Grell ontwierp de eerste high-back binding, zodat een backside bocht op een harde piste mogelijk werd. Tom Sims herontdekte staalkanten en won met gemak de wereld kampioenschappen. Ook in Europa begonnen mensen zich te interesseren voor snowboarden. Regis Roland startte Apocalypse Surf, het eerste Europese snowboardbedrijf. Overal in Europa zagen surfers en skateboarders foto’s van snowboards en probeerden die zelf na te maken. In Nederland begon Chris van der Brink zijn eigen prototypes te bouwen. In 1985 werd het eerste snowboardmagazine door Tom Hsieh opgericht in Amerika. Het blad heette eerst “absolutely radical”, maar werd later omgedoopt tot International Snowboard Magazine: het blad om de snowboardsport te promoten. Adverteerders uit de snowboardbranche vinden was moeilijk….Iedereen die betrokken was bij het ontwerpen en bouwen, was bezig met snowboarden op eigen product en niet geïnteresseerd in marketing en verkoop. Terry Kidwell werd de eerste snowboardster, met een eigen Sims Promodel. Steeds meer snowboardfabrikanten begonnen technische kennis uit de ski-industrie toe te passen. Mike Olsen, die al jaren met snowboards expirimenteerde, begon GNU snowboards, de eerste boards die konden carven. Zijn board had p-tex belag, ABS toplaag, voorspanning, staalkanten en taillering. Op bijna alle andere snowboards uit die tijd stonden bindingen ver achterop gemonteerd en kwam bijna alle druk van het achterste been. Met de GNU boards kon voor het eerst druk worden gezet op het voorste been en echt gecarved worden in plaats van rutschen.In 1986 werden in Europa de eerste snowboardwedstrijden georganiseerd. In Zwitserland werd “the radical snowboardclub”opgericht die de Zwitserse kampioenschappen hield. Winnaar van deze wedstrijd; Jose Fernandez, introduceerde het eerste assymetrische snowboard in Amerika. Zijn Sponsor was Hooger Booger. De wereldkampioenschappen te Colorado werden gesponsord door Swatch en het evenement kreeg veel aandacht van de media.Burton introduceerde in die tijd de softboot, een zachte snowboardschoen met uitneembare binnenschoen, een ontwerp dat door bijna alle snowboardschoen producenten gekopieerd werd. Alpine boards werden smaller met platte tails en soms een assymetrische shape. In 1987 kwam het eerste freestyle twintip model, ontworpen door Chuck barfoot en zijn teamriders, op de markt. Nadat er in zowel Amerika als Europa afzonderlijke wereldkampioenschappen werden gehouden, werd in Europa de SEA (Snowboarders European Association) opgericht met 82 leden, allen racers. De North Amerikan Snowboard Association onstond tegelijkertijd. Het voornaamste doel van deze 2 organisaties was samenwerken om 1 World Cup Tour op te zetten.Wereldwijd ontstonden nationale snowboardverenigingen, velen aangezet door de film Apocalypse Snow die door Regis holland in 1986 gemaakt was. Door het verschijnen van andere snowboardfilms met beelden van snowboarders die hoge sprongen maakten en op exotische locaties in diepe powder bochten draaiden, werd de basis gelegd voor wat later freeriding genoemd zou worden.Er ontstond een enorme media-hype. Snowboarders werden getypeerd als jonge wilde associale “dudes” met felle neon gekleurde kleding. Sprongen kregen namen van voedsel, zoals: Roast beef, Chicken Salad, Stale Fish, Spaghetti Air etc. Snowboarders waren “rippers” en spraken elkaar aan met “dude”. Jarenlang hebben snowboarders geleden aan het beeld dat de media eind jaren 80 van ze heeft neergezet.1987-1994In de winter van ‘87/’88 werd de eerste World Cup Tour gehouden met 2 evenementen in Europa en 2 in Amerika. Sponsors van deze tour waren O’neill, Suzuki, Swatch. Surf en Skatemerken begonnen kleding te maken voor snowboarders zodat de overeenkomsten tussen de drie sporten ook voor het grote publiek evident werden. Burton en Sims vochten in de rechtzaal over Craig Kelly, die als beste snowboarder van die tijd wordt gezien. Sommige snowboarders begonnen zich op den duur af te keren van de wedstrijden en al het gedoe eromheen. Zij gingen naar hellingen buiten de piste, sprongen van hoge cliffs en waren opzoek naar de ultieme kick van het snowboarden. De media pikte dit op en het “extreme riding”werd geboren. In 1988 werd in Nederland Snowboard Holland opgericht en in Hoofddorp vond de eerste baanwedstrijd plaats. Grundig organiseerde in Europa een inofficieel wedstrijdcircuit waaraan leden van de SEA deel mochten nemen. Geleidelijk stelden steeds meer skigebieden in Europa en Amerika hun liften en pistes open voor snowboarders. De softboot trend zette zich voort in de VS, maar de Europese snowboarders kozen toen over het algemeen nog voor de hardboots en de plaatbindingen. De eerste Nederlandse snowboardkampioenschappen in de sneeuw werden gehouden in La Plagne (Fra).In 1990 verkocht Bob Webber zijn oude snowboard patent aan Jake Burton Carpenter. Veel mensen uit de industrie vreesden dat ze royalty’s moesten gaan betalen aan Burton, maar wederom bleef het patent in de kast liggen. In Vail werd het eerste snowboardpark geopend. Overal sprongen snowboardverenigingen als paddestoelen uit de grond. Steeds meer surfers en skateboarders gingen snowboarden. Slecht een klein percentage van de snowboarders bestond uit ex-skiers. Santa-Cruz en H-street, skatemerken bij uitstek, begonnen met de productie van snowboards om aan te sluiten bij deze tendens. In de winter van ‘90/’91 werd er gewerkt aan de oprichting van de ISF (Internationale Snowboard Federation). De ISF organiseerde wedstrijden voor snowboarders over de hele wereld met 6 wedstrijden in Europa, 7 in Noord Amerika en 4 in Japan. Een doel van de ISF was internationale vertegenwoordiging en organisatie van alle snowboardwedstrijden. In ’91 hield de ISF 3 worldcups, 1 in elk van de bovenstaande continenten. 392 snowboarders uit de hele wereld waren lid. In 1992 begon de Amerikaanse Ski Vereniging zich ook te interesseren in de snowboardsport en richtten ze een snowboardvereniging op, de USASA. Onderhandelingen over een samengaan met de inmiddels al bestaande –ISF gezinde- snowboard vereniging liepen vast, zodat er 2 onafhankelijke wedstrijdcircuits werden opgezet. In Alaska werden de eerste “Extreme Snowboarding Championships”gehouden. Later werd deze wedstrijd bekend als de “King and Queen of the Hill”. In 1993 werden de eerste wereld kampioenschappen door de ISF georganiseerd in Ischgl, Oostenrijk. Een aantal Nederlanders deden mee, waaronder Miriam van Eyk, Carolien van Kilsdonk, Guy Seelman, Thedo Remmelink en Mark Janboers. Terje Haakonson won de Halfpipe, overall kampioenen werden Kevin Delany en Michelle Taggert. In 1994 was snowboarden wereldwijd een geaccepteerde sport. Meer dan 100 merken boden snowboards aan. Daarnaast konden snowboarders kiezen uit ontelbare kledinglijnen en accessoires. Er werden 460.000 snowboards verkocht in het seizoen ‘93/’94. Vijftig procent van alle snowboarders had eerst geskied. Snowboarding werd “Big business” en kreeg veel aandacht van bedrijven buiten de sport. In 1994 besloot snowboardmerk Ride zelfs de beurs op te gaan. Transworld snowboarding, 1 van de grootste snowboardbladen ter wereld, werd opgekocht door een grote uitgever. Skimerken gingen zich ook met snowboarden bezighouden en brachten eigen merken uit, meestal onder een andere naam. Sims kwam met een vrouwen snowboard en er ontstond een ware hype op de producten speciaal voor het vrouwelijke geslacht. Boards waren verkrijgbaar in allerlei vormen en maten.In 1995 werden Step In softboot systemen door 5 verschillende bedrijven op de markt gebracht. Ook de FIS (Federation Internationale du Ski) besloot zich met snowboarden bezig te houden. Vanaf nu behartigde zij de belangen van skiërs, langlaufers en snowboarders. Toen de IOC de intentie bekend maakte snowboarden op te nemen tijdens de Olympische Winterspelen van ’98 begon de FIS met een aantal snowboardevenementen. In het seizoen ’95 werd een volledige FIS world cup tour opgezet. Aangezien de ISF al jaren bezig was geweest met het organiseren van snowboardwedstrijden waren zij van mening dat de FIS zich op verboden terrein begaf. Wedstrijdboarders moeseten kiezen; of deelnemen aan FIS, of aan ISF. Het idee dat FIS snowboarden tot een olympische sport ging maken, en de lage drempel voor deelname oefende aantrekkingskracht uit. Minder ervaren snowboarders grepen de kans om met FIS wedstrijden me te doen. Het overgrote deel van de professionele snowboarders bleef echter trouw aan de ISF. Ze bleven FIS als een indringer zien die niets te zoeken had op het snowboardterrein.New SchoolGedurende de eerste helft van de 90-er jaren wordt de invloed van het skaten en de zogenaamde lifestyle van de snowboardsport opvallend. Deze nieuwe stroming binnen freestyle boarden werd, heel toepasselijk, “New School” genoemd. Alles wat in neon gekleed ging van vroeger, inclusief alle oude tricks werd “Old School”. Bij New School hoorde baggy kleding, piercings, tatoeages, geverfd haar, korte en brede boards en een “attitude”. Alle bekende freestyle snowboarders lieten zich inspireren door moves uit de skateboardscene. Spinnen en Sliden werd helemaal in. Er ontstond een beeld van snowboarders dat ontzettend veel aantrekkingskracht uitoefende op jongeren en aansloot bij de trends van het moment. Daarbij bleek destructief, asociaal gedrag te horen en nog erger, haat voor alles wat op ski’s stond. Dit imago werd zo opgeblazen dat de kloof tussen snowboarder en skiër behoorlijk groeide, tot verdriet van velen in de snowboard en ski industrie. Momenteel lijkt deze kloof gelukkig weer wat te slinken.

Laat een reactie achter

Het e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *